Verbonden zijn

Op verschillende manieren is het begrip ‘verbinding’ belangrijk in onze pedagogie.

Verbinding met jezelf en de omgeving

De eerste jaren van een mensenleven staan in het teken van je verbinden met jezelf (thuisraken in je lichaam, ook wel ‘hechting’ of ‘incarneren’ genoemd) en met de aardse omgeving. Dat kan het kind in een omgeving die begrijpelijk, veilig en warm is. Dan zal het vanzelf al onderzoekend en spelend de wereld leren kennen en zich gezond ontwikkelen. Wordt het kind geconfronteerd met teveel en/of onbegrijpelijke indrukken, dan kan dit stress veroorzaken en een gezonde ontwikkeling verstoren.

We scheppen daarom een wereld die afgestemd is op het kind zodat het zich ermee kan verbinden. Warmte, ook in overdrachtelijke zin, is daarin van levensbelang. Ook schoonheid, goedheid, echtheid en plezier in leren en werk scheppen een harmonieus klimaat. Daarin kunnen kinderen goed gedijen. Zo kiezen we bij de inrichting van de ruimten en de keuze van speelgoed echte (natuurlijke) materialen en kunstzinnige vormgeving.

De wereld van de volwassenen, die bol staat van abstracties en dingen die kinderen nog niet kunnen bevatten, vertalen we steeds naar de leeftijdsfase van de kinderen. Jonge kinderen zijn nog overgeleverd aan hun omgeving en kunnen zelf nog nauwelijks filteren. Ze hebben ons nog nodig om ze te beschermen tegen teveel en onwenselijke prikkels. Kinderen vanaf een jaar of 7 beleven de wereld vooral in beelden en leven nog voornamelijk in hun gevoel. Abstracties behoeven nog steeds een vertaalslag. Pas in de puberteit ontmoet de jongere graag de naakte realiteit, waaraan het de eigen oordeelsvorming kan oefenen.

Verbinding met hemel en aarde

Religiositeit betekent in onze pedagogie een houding van eerbiedvolle aandacht voor het levende en dankbaarheid voor wat het ons geeft. Het heeft dus niets met een kerkelijke religie te maken. Religie (re-ligere) betekent letterlijk ‘weer verbinden’. Het verwijst naar de geestelijke wereld waarmee we voor onze geboorte verbonden waren. Tijdens ons leven op aarde kunnen we daar weer een verbinding mee zoeken. Kinderen zijn nog sterk verbonden met deze onzichtbare wereld. Ze hebben van nature eerbiedvolle aandacht en leven met volle overgave in het moment. Pas rond het 9e jaar verandert dit. We bevestigen deze verbinding door zelf bewust de verbinding met die wereld te zoeken. In de eerste plaats door de geestelijke wereld als een realiteit te beschouwen. In de spreuken die we zeggen of zingen (bijvoorbeeld bij de dagopening en bij de maaltijd), en de liedjes bij de jaarfeesten, klinkt het bestaan van deze wereld door. Daarnaast biedt elke dag onverwachte en bijzondere momenten waarin we met de kinderen religieuze ogenblikken kunnen beleven.

In de kinderopvang werken we mee aan een gezonde basis van kinderen. Gezondheid heeft te maken met de mate waarin we in harmonie met onze omgeving leven en met de tijd omgaan. Daarom hechten we aan een respectvolle relatie met de natuur en de tijdritmen die daarin werkzaam zijn. Juist in een stedelijke omgeving is natuurbeleving extra belangrijk voor kinderen. We leven met de seizoenen door  onder verschillende weersomstandigheden naar buiten te gaan. Binnen is op een seizoenstafel zichtbaar wat zich buiten in de natuur afspeelt. In het jaarritme zijn er naast de seizoenen ook de jaarfeesten. De belangrijkste zijn (Palm)Pasen, Pinksteren, Sint Jan (24 juni), Michaël (29 september), Sint Maarten (11 november) en Advent/Kerstmis. Natuurlijk kunnen jaarfeesten uit andere culturen goed ingepast worden. Met kinderen vier je deze feesten voornamelijk door aan te sluiten bij wat er in de natuur gebeurt. Net als de seizoenen heeft elk van deze feesten een eigen kwaliteit die ook in de natuur beleefbaar is. De jaarfeesten zijn bijzondere momenten die ons uittillen boven de dagelijkse werkelijkheid. Vaak zijn het ook momenten die samen met de ouders worden gevierd. Ze geven kinderen een oriëntatie en vertrouwen in de tijd.

De jaarfeesten erkennen en bevestigen kinderen de verbinding die ze van zichzelf nog hebben met de natuur en de onzichtbare wereld erachter.

Sociale samenhang

Een kinderopvang is een kleine gemeenschap. Ouders vertrouwen hun kinderen toe aan de zorg van de pedagogisch medewerkers, waarmee de opvoeding van het kind een gezamelijke aangelegenheid wordt. Het is voor kinderen belangrijk zich gezien en gekend te voelen. Onze pedagogisch medewerkers willen dan ook weten wat er buiten de opvang in het leven van een kind speelt (thuis en op school). Andersom is het ook fijn als ouders weten wat een kind in de opvang heeft meegemaakt. Een goede relatie tussen de pedagogisch medewerkers en de ouders is de brug waarover het kind veilig van thuis naar ons en weer terug naar huis kan gaan. In de BSO is er ook de brug nodig tussen de school en de BSO. Het kind kan de dag zo ervaren als een geheel, ook al is het op verschillende plekken met verschillende mensen geweest. De sociale samenhang tussen die verschillende plekken vormt de bodem waarop het kind zich gedragen kan voelen.

F-IMG_0457